Op de tekening is-ie heel schattig. In het echt zit de krab voor ons ergens op de grens tussen oei-straks-bijt-ie en whaaah-dat-zijn-wel-erg-veel-poten. Hoeveel poten precies, dat kun je zelf tellen op het plaatje. Daar vind je ook hoe groot de grootste krab ter wereld is, hoe je een mannetje kunt onderscheiden van een vrouwtje en hoe een krabben-expert heet. Nog meer weten? Check dan deze acht extra krabbenfeitjes*** of speel de krabbenspelletjes, bijvoorbeeld op het strand bij mooi weer.
Voor de pdf klik hier: krabbenweetjes
Krabbenweetjes
Krabweetje 1: 8600
… dat is het aantal verschillende soorten krabben dat over de hele wereld voorkomt. Ongeveer veertig soorten daarvan wonen in Nederland, met als bekendste de strandkrab. Voor een compleet overzicht kun je kijken op de lijst van krabben in Nederland en België (https://nl.wikipedia.org/wiki/Krabben_in_Belgi%C3%AB_en_Nederland)
Krabweetje 2: 15 millimeter
… zo klein zijn de kleinste krabben ter wereld. Deze krabbensoort noem je ook wel erwtenkrabbetjes of Pinnotheridae.
Krabweetje 3: in en uit
… ademen doet de krab via zijn kieuwen. Daar stroomt zuurstofrijkwater langs, waar de krab de zuurstof uit filtert.
Krabweetje 4: vrouwtjeskrabben
… leggen heel veel eitjes. Afhankelijk van de soort krab, zijn dat er 5000 tot 50.000 per keer!
Krabweetje 5: in jouw achtertuin
… zou je ook een krab kunnen tegenkomen. Dat is dan hoogstwaarschijnlijk een Chinese wolhandkrab, de enige krab die in Nederland op het land kunt vinden. Ze leven in zoet water, in grote rivieren, kanalen, wat grotere meren en plassen. Als ze zich willen voortplanten, hebben ze daarvoor zout water nodig. Daar gaan ze over land naar op zoek en zo komen ze in jouw tuin terecht.
Krabweetje 6: twee piemeltjes
… heeft een mannetjeskrab. Eentje links en eentje rechts op zijn buik.
Krabweetje 7: stress
… dat krijgen krabben van veel lawaai, zoals het kabaal dat grote schepen maken. Hoe groter de krab, hoe meer last hij heeft van het geluid.
Krabweetje 8: spookkrab
… zo heet de krabbensoort die verkleurt om zich te camoufleren. Vooral de jongere dieren doen dat: op nat zand hebben ze bijvoorbeeld een donkerder kleur dan op droog zand. Ook ’s nachts is hun kleur donkerder dan overdag.
Krabbenspelletjes
Krabbenspel 1: spelen met taal
Het woord ‘krab’ is niet alleen een woord voor een schaaldier, het is ook een werkwoord (dat aangeeft dat je jezelf of iemand anders krabt). Dat geldt ook voor ‘vlieg’. Kun je nog meer dierenwoorden bedenken die ook een werkwoord zijn?
Krabbenspel 2: de verliefde krab
Verzamel al je vriendjes en vriendinnetjes, zodat jullie met minimaal tien kinderen zijn. Meer mag ook! Alle spelers staan in een kring, op één speler na. Deze speler, de zeebioloog, wordt afgezonderd. De andere spelers zijn de krabben en zij spreken af wie er de verliefde krab is.
De zeebioloog komt terug nadat deze beslissing is genomen. Hij (of zij) krijgt drie kansen om de verliefde krab te vinden. Dat doet hij door voor een speler te gaan staan en te vragen ‘ben jij verliefd?’ Als het antwoord ja is, dan heeft de zeebioloog gewonnen en krijgt hij een knuffel van de verliefde krab. Het spel begint opnieuw, met een andere zeebioloog en een andere verliefde krab.
Als het antwoord nee is, wijst de speler in de kring vier spelers aan, van wie er eentje de verliefde krab is. De zeebioloog stelt zijn vraag opnieuw aan een van die spelers. Is het antwoord ja, dan wint de zeebioloog en begint het spel opnieuw.
Is het antwoord nee, dan wijst de speler in de kring opnieuw vier spelers aan, van wie er eentje de verliefde krab is. De zeebioloog mag nog één keer proberen. Heeft hij het goed, dan krijgt hij een knuffel en begint het spel opnieuw. Is het antwoord nee, dan mogen de andere spelers kiezen: krijgt de zeebioloog nog een laatste kans? Of heeft hij verloren? Als hij verliest, begint het spel opnieuw, met een andere zeebioloog en een andere verliefde krab.
Tot de volgende week!
***De weetjes hierboven komen van
Antwoorden op krabbenspel 1: vis, kat, bok, vlooi, tijger, kraai, vlinder, geit